De voetbalvereniging uit Nijkerkerveen waar Sfeer, Plezier en Prestatie samen gaat.
n het mulle zand van de “Paddenstoel” op de hei aan de Barneveldseweg werd op 7 juni 1936 door Peet van Vaneveld de aftrap verricht van de wedstrijd Nijkerkerveen tegen de “Zwarte bende” uit Nijkerk. Twee samengeraapte elftallen. Na afloop van deze wedstrijd (de meeste speelden op klompen) werd Veensche Boys opgericht.
Er was behoefte aan voetballen. Een groep jongeren is toen begonnen met Veensche Boys. De wedstrijden werden gespeeld op zondag. Dat was de enige vrije dag. In het Veen had men de 6 dagen werken hard nodig om het hoofd boven water te houden.
Veel staat er niet op papier van de begintijd maar later zijn er toch veel dingen opgeschreven, dankzij het ijzersterke geheugen van o.a. Arie Hussel.
Tot en met 1940 kon men met 1 elftal spelen op een veld achter het Café van Kees Kok onder het Hoevelakense bos. In de oorlog lag de competitie stil, omdat veel spelers moesten onderduiken.
In 1949 ging men spelen op het terrein van de heer Mostert aan de Domstraat. In begin jaren 50 speelden er 3 elftallen en ook kwamen er schoorvoetend wat jeugdvoetballers.
Zaterdagvoetbal
Omdat op zaterdag gewerkt moest worden was er alleen voetbal op zondag mogelijk. Spelers die principieel of om andere redenen niet op zondag wilden voetballen moesten uitwijken naar Sparta Nijkerk. Maar midden jaren 50 wilde men ook in Nijkerkerveen op zaterdag een balletje te trappen. Eén zaterdagelftal werd voor de competitie ingeschreven in het seizoen 1954 / 1955. Dat heeft ongeveer 3 jaar geduurd, maar door uitblijven van succes is het een langzame dood gestorven.
Op 18 oktober 1962 waren in de kantine van de toenmalige borstelfabriek WABO ongeveer 20 mensen aanwezig voor de 2e oprichting van een zaterdagafdeling. Nu met meer succes. In 1967 wordt er gesproken over 3 teams op zaterdag. Dus toen had het wel bestaansrecht.
De eerste Technische Commissie bestond uit Wout Bakker, Steven Bos, Jan van Meerveld, Tiemen Woudenberg en Dirk van Soeren.
In het seizoen 1968 /1969 mochten de 1e elftallen van de KNVB niet meer aan de Domstraat spelen, omdat het terrein te slecht was. Op de huidige locatie aan de Westerveenstraat was wel 1 veld bijna klaar, maar nog geen kleedkamers. Toch gingen de beide 1e elftallen daar alvast spelen. Omkleden werd in de naburige garage gedaan van Autorijschool Van Renselaar.
Het eerste succes van de zaterdagafdeling was in datzelfde seizoen. Via een beslissingswedstrijd tegen Advendo promoveerde men naar de 2e klasse van de afdeling Utrecht. Een bond onder de KNVB. Nu zou het te vergelijken zijn met een 4e of 5e klasse
Veensche Boys maakte in z’n geheel een snelle ontwikkeling door. In 1970 draaide de jeugd steeds beter en de A1 werd kampioen. Er werd zelfs een dameselftal opgericht.
In 1976 werd het 1e zaterdagelftal kampioen en promoveerde naar de 1e klasse van de afdeling Utrecht.
Op 19 mei 1982 won het eerste elftal een beslissingswedstrijd tegen Nijenrodes uit Breukelen. Daardoor promoveerde het naar de Hoofdklasse. De zaterdagafdeling groeide, tot er eind jaren 80 zowaar zes elftallen waren. In 1987 speelde het 2e elftal zelf in de reserve 3e klasse van de KNVB. Dat was de eerste keer dat Veensche Boys kennismaakte met de “grote bond” de KNVB. Het 1e elftal speelde al die jaren in de Hoofdklasse van de afdeling Utrecht.
Pas in 1992 lukte het via een nacompetitie met Velox en Nijenrodes te promoveren naar de vierde klasse van de “grote” KNVB. Het elftal stond toen onder leiding van Pierre Stevenaart, een trainer die landelijke bekendheid had door zijn successen met o.a. IJsselmeervogels.
In 1996 werd het 1e elftal kampioen in de 4e klasse. Door het opheffen van de afdeling Utrecht en een herindeling van de klassen, promoveerde Veensche Boys naar de 2e klasse onder leiding van Cor van Garderen.
Twee jaar later, in 1998, werd Veensche Boys, onder leiding van Harry Hamstra, kampioen en promoveerde naar het huidige niveau, de 1e klasse van de zaterdagamateurs.
In 2000 is ook het 2e elftal gepromoveerd naar de reserve 2e klasse. Dit was heel belangrijk om een goede aansluiting met het 1e elftal te behouden. Bovendien promoveerde in 2001 het derde elftal naar de reserve 4e klasse en inmiddels zelf, door een reorganisatie, naar de reserve 3e klasse. Er is dus niet alleen sprake is van kwalitatieve groei, maar ook van kwantitatieve groei, omdat de zaterdagafdeling in het seizoen 2002 / 2003 met vijf elftallen gaat spelen.
Verandering
Het leiden van een grote vereniging zoals Veensche Boys inmiddels geworden was werd ingewikkelder. Bovendien werd het steeds moeilijker bestuursleden te vinden. Dat heeft er toe geleid om in het seizoen 1995 /1996 de organisatiestructuur van de vereniging, met steun van de KNVB, door te lichten. Samen met een aantal mensen uit de vereniging vormden zij de VOP commissie (Vereniging Ondersteuning Plan). Dat heeft geresulteerd in het zelfstandiger gaan functioneren van de afdelingen. De zaterdagafdeling, zondagafdeling, jeugdafdeling en de zaalvoetbalafdeling kregen een eigen bestuur met een eigen budget. Daarboven staat een hoofdbestuur, waarin ook de 4 voorzitters van de sectiebesturen zitten.
Sponsoring
De promoties en ook de veranderingen in het voetbal zijn ook aan de zaterdagafdeling van Veensche Boys niet ongemerkt voorbij gegaan. Er werd een programmaboekje gemaakt, dat bij elke thuiswedstrijd uitgedeeld werd. In het bijzonder sponsoring werd steeds belangrijker. Shirtsponsoring voor amateurs werd al toestaan vanaf midden jaren 80. Het eerste elftal werd vanaf de eerste uren gesponsord door Doornhof Verzekeringen, nu nog steeds de hoofdsponsor. Ook lagere elftallen kregen een shirtsponsor, waarvan LASEBO van Evert Bosch ook vanaf het prille begin kleding beschikbaar stelde.
Regelmatig werd er nagedacht, over hoe het verder moest. Zonder sponsoring is het tegenwoordig niet meer mogelijk op niveau te voetballen. Uit de vele gesprekken werd de businessclub geboren. Er werd een presentatiemapje gemaakt en op 6 augustus 1994 werd het eerste exemplaar uitgereikt aan de heer A. Doornhof. Dat gebeurde in de rust van de oefenwedstrijd tegen AZ ’67. Dit was de officieuze oprichting van de Businessclub. Langzaam maar zeker groeide het aantal deelnemers op de golven van het succes van het 1e elftal. Uiteindelijk resulteerde dit tot het officieel oprichten van de Stichting Businessclub op 14 maart 2000. Het ledenbestand van de businessclub telt op dit moment meer dan tachtig leden.